top of page

Welkom op mijn website/blog! Hij werd boven de doopvont gehouden op 23 september 2019, Hij kwam tot stand dankzij de hulp van webmaster Peter Wuyts (www.10is-soft.biz). Veel literair en poëtisch plezier toegewenst!

Paul Gellings.png

TERUG KAN JE NOOIT, OF TOCH?

 

 

Met schijnbare achteloosheid, achteloze bravoure, met natuurlijke elegantie schudt Paul Gellings met Terug naar de Stichtstraat zomaar weer een nieuwe roman uit zijn mouw en … wat voor één.

 

Opvallend allereerst de elegantie van de stijl, de vloeiende taal, volkomen naturel meanderen de zinnen over het papier: nergens is er ook maar één geforceerde formulering te vinden, de inkt vloeit als vanzelf uit zijn, neem ik aan, vulpen. Wat een métier! Zoals hij het tekenen van zijn hoofdpersonage beschrijft (die inderdaad een tekenaar is), zo is ook zijn eigen schrijven: ‘Het steeg allemaal op uit het papier.’ p 84 of ‘ De schets maakte zichzelf, welde op uit het papier …’ p 97. Verander ‘schets’ door taal en je bent er helemaal.

 

Dit gemak waarmee het verhaal geschreven lijkt, mag niet verdoezelen dat het diepgang en gelaagdheid bevat. Zoals mag blijken uit het fragment van Julian Barnes’ The sense of an ending dat functie doet als een soort proloog, opdracht of voorwoord bij de roman, is het centrale thema van dit boek misschien wel de vraag naar de betrouwbaarheid van het geheugen. Talloze malen

wordt dit, steeds virtuoos, aangehaald. ‘Onze herinnering is een sluier die door de jaren allengs aan flarden wordt getrokken’ p 89, ‘Soms kan de leugen van geschreven geschiedenis waarheid worden...' p 103 ‘Is het verleden voor iedereen uiteindelijk niet een knutselwerk, een samenstel, waar onderdelen uit wegvallen, andere onderdelen aan worden toegevoegd?’

p 110 ‘Sommigen van ons laten niet meer dan een onscherp beeld achter, een kring van nevel die optrekt voor je het in de gaten hebt. Alsof ze nooit hebben bestaan.’ p 113. ‘Zolang we ademen en bewegen, ademt en beweegt het verleden mee, en zit de enige waarheid in die adem en beweging. Eigenlijk is er helemaal geen waarheid, maar slechts een vormeloze massa aan ervaringen waarin een hart klopt, en dat hart, dat zijn wijzelf’… De roman is een zoektocht naar de waarachtigheid van het verleden, maar ook een onmogelijke oefening in het integrale herinneren, het vergeefse oproepen van een nooit meer volledig te reconstrueren realiteit, een recherche du temps perdu. En het merkwaardige, onwaarschijnlijke gebeurt: Gellings tovert dat verleden toch weer helemaal intact tot leven voor de ogen van de verbaasde lezer.

 

Maar de roman is nog meer: het is ook een coming-of-ageverhaal, een Bildungsroman en doet hier en daar wat denken aan Wolkers’ Terug naar Oegstgeest. Een roman geschreven in sepialicht, gedrenkt in een heerlijk melancholisch sausje. Daarnaast is het een tijdsdocument over Wereldoorlog II, de hongerwinter, de bevrijding en wederopbouw van Nederland, Amsterdam. Verder krijgen we een sociologische studie van de ontwikkeling van een (voor)buurt uit Amsterdam, het nu zeer begeerde Amsterdam-Zuid, tussen de jaren 1940 en het heden, een geschiedenis van urbanisatie… ten slotte wordt er doorheen de volledige roman ook de spanningsboog gebouwd van een echte whodunnit met daarin een raadsel dat ‘tot op de laatste bladzijde blijft fascineren’.

 

En om de laatste lezer die nog zou twijfelen te overtuigen, de roman is gelardeerd met kleine parels, feestelijke bonbons die de auteur zomaar te grabbel gooit: bon mots, aforismen, sierlijke beschrijvingen, … Enkele voorbeelden: ‘de taxidermist die het bestaan zelf is.’ p 93, ‘Veel architectonische en planologische details, bouwtekeningen, het machtige front van het station dat er nooit was gekomen, de fonteinen ervoor, een Brandenburger Tor-achtige colonnade bedoeld als toegangspoort, met een plooirok van tien, twaalf rijbanen ervoor.’ p 117. En zo roept Gellings een onweer op: ‘Als de bui losbarst – eerst een razende wind, zand en bloemblad stuiven door de tuin en de straat, het zeil op het dak van de zandbak klappert – zwijgen de zwaluwen. Vervolgens rolt de donder als een boerenkar op keien boven het land, plotseling helverlicht en overspoeld door een wolkbreuk.’ p 71.

 

Het is zonde dat Paul Gellings voor deze sprankelende roman niet de Libris Literatuurprijs 2024 wegkaapte, noch de shortlist haalde, hoewel hij wel op de longlist stond. Zonde!

 

Herman Rohaert

Naar aanleiding van gedichtendag (25-01-2024)

Dialoog tussen Albert van der Weiden en Herman Rohaert

DialoogSmal.jpg

​

Met Maud Vanhauwaert, dichter, romancière, Stadsdichter van Antwerpen op boekvoorstelling in boekhandel Malpertuus, Genk, 20.10.23.

VanhauwaertMaud.png

Beste,

 

Hierna vind je de heel mooie digitale uitnodiging voor Plek!

Noteer alvast ook dat er tijdens de voorstellingen ook nog artistieke interventies zijn van Jo Klaps, Milan Nulens, Iwert Bernakiewitz.

​

De toegang is gratis!

 

Ik hoop jullie allen de 13de oktober, enige voorstelling, te mogen ontmoeten!
 

Tot dan,

 

Herman

InschrijvenPlek.png
Ui1.png
Ui2.png
Ui3.png
Ui4.png
Plek02.jpg

UITNODIGING

​

​

​

​

​

Op vrijdagavond 13 oktober 2023 stelt dichter Herman Rohaert zijn nieuwe gedichtenbundel PLEK voor, Academiezaal, Plankstraat 18, 3800 Sint-Truiden, 20.00u, gratis toegang. De bundelpresentatie gaat samen met een optreden van Lukas De Clerck die muzikale performances en soundscapes brengt op aulos, de antieke Griekse dubbelfluit die hij ontwaakte uit een diepe slaap van 3000 jaar.

​

​

​

PROGRAMMA

​

​

​

Inleiding op de bundel, interview met de dichter door J.P. Brouwer, auteur/ dichter/performer (Nederland).

​

Voordracht van gedichten door Veerle Huyghe en de dichter zelf.

​

Muzikale interventies door Lukas De Clerck.

​

Uitreiking van de eerste exemplaren door Leo Peeraer, Uitgeverij P., Leuven.

​

Receptie en signeersessie.

​

Over PLEK (nietplek, angstplek, ziltplek, liefdesplek) PLEK stelt vragen, PLEK geeft antwoorden:
Zijn we vol in leven en bruis of zijn we zwervende schimmen op weg naar dood?
Zijn we op - , bewonen we een plek of bevinden we ons in een non place, een nietplek, een negatieve ruimte waarin we dwalen en oplossen?
Zijn we aan zee of staan we maar wat met onze voeten in schuim en zand?
Is liefde het kompas, onze peilstok, ons ijkpunt in dit niets?

Over Lukas De Clerck
Lukas De Clerck, Sint-Truiden, now lives and works in Brussels. His artistic practice is centered around the Aulos, an ancient-Greek double reeded double pipe that got extinct more than a millennium ago. He imagines different improvised sound worlds and likes to work with recognizable, almost everyday sound production, putting actions like gargling, whistling in an artistic context, thus making a connection
between
the audience and its environment.

Plek01.jpg
Plek02.jpg

10. Uitnodiging vernissage expo met/zonder LEIband, tweebronnenbibliotheek Leuven 21-01-2023

leiband. bib LEUVEN. uitnodiging_expo (002).jpg

9. Prijsuitreiking Bozar 2023, vormgeving, monumentaal gedicht Zo Wij

Bozar.jpg

8. Gedichtenwandeling Borgloon 2023, 2 artikels.

Artikel 1

​

Borgloon blaast nieuw leven in gedichtenwandeling met nieuwe streekgedichten. (Radio 2, Noa Sneyers, woensdag 21 dec 2022) 

 

Borgloon heeft nieuw leven geblazen in zijn gedichtenwandeling met nieuwe gedichten van dichter Herman Rohaert. De wandeling bestaat al sinds 2012, maar de bordjes met de gedichten, waren niet meer leesbaar. De wandeling heeft verschillende vertrekplaatsen en je kan 8 gedichten tegenkomen die geïnspireerd zijn op het landschap van Borgloon.

Tijdens de  7,5 kilometer lange, vernieuwde gedichtenwandeling door Rullingen (Borgloon) kan je 8 gedichten tegenkomen van dichter Herman Rohaert. Voor de eerste opening van de gedichtenwandeling schreef hij al heel wat gedichten over de streek, maar na 10 jaar waren de bordjes waarop je deze gedichten kon lezen, toe aan vervanging. Ook voor de gedichten van de vernieuwde wandeling haalt hij weer inspiratie uit het landschap.

 

Tijdens de wandeling kan je genieten van het landschap van de fruitstreek.

"Voor de vernieuwde wandeling heb ik 4 nieuwe gedichten geschreven", zegt Herman Rohaert. "Ze gaan bijvoorbeeld over bloesembomen, groene heuvels, smalle landweggetjes... eigenlijk alles wat Borgloon typeert. Ik woon er zelf niet, maar het landschap hier, heeft mij altijd al geboeid. Als wandelliefhebber en fietser is dit een paradijs en dat paradijs wou ik graag laten terugkeren in mijn gedichten." 

Meer beleving

Volgens schepen Loes Ory (Open VLD-STROOP) vinden elk jaar veel toeristen hun weg naar Borgloon door het opmerkelijke landschap. "Onze wandel- en fietswegen doen het toeristisch al erg goed", zegt Ory. "We gaan dus niet investeren in nog meer wandel- en fietsroutes, maar we gaan onze bestaande routes wel verbeteren door er meer beleving aan toe te voegen. Deze gedichtenwandeling is bijvoorbeeld al jaren erg populair en daarom vonden we het belangrijk om nieuw leven te blazen in dit project. Later zullen ook andere fiets- en wandelroutes in onze gemeente opgewaardeerd worden met extra belevingselementen."

Een van de startpunten van de wandeling vind je op het Stationsplein aan de Stroopfabriek (centrum van Borgloon), maar je kan ook vanop andere punten inpikken op de wandeling. 

Artikel 2

Foto artikel 2.jpg

Gedichten van Herman brengen ode aan Loonse landschappen

 

Dichter Herman Rohaert heeft nieuwe gedichten gemaakt voor een bewegwijzerde wandelroute in Borgloon. “Ik heb de oorspronkelijke gedichten bewaard ik heb er enkele bijgemaakt”, vertelt Herman. “Ik blijf inspiratie halen uit het mooie Loonse landschap. De gedichten gaan over bloesembomen, groene heuvels en smalle landweggetjes. Als wandelliefhebber en fietser is het hier een paradijs en dat laat ik terugkeren in mijn gedichten. Ik hoop dat de wandelaars door mijn gedichten ook stilstaan bij die prachtige Loonse natuur.”

De landschapswandeling van 7,5 kilometer start aan de stroopfabriek. Ze werd in 2012 gelanceerd door de dienst Toerisme en was dringend aan vernieuwing toe. Schepen Loes Ory wil alle bestaande routes opfrissen en deze oranje bewegwijzerde wandeling is de eerste. (rudc)

7. Drievoudige tentoonstelling en boekpresentatie  METAMORPHOSES.

​

  1. The Gallery, Genk: 03.09.21 - 26 .09.21

  2. Galerie IROK, Horst (Nederland): 17.11.21 -28.11.21

  3. C.C. DE BORRE, Bierbeek: 28.01.22-19.02.22

IMG-20210731-WA0006.jpg
IMG-20210730-WA0000.jpg
IMG-20210731-WA0001.jpg
IMG-20210731-WA0000.jpg
voorbeeld GEDENK.png

6. Hieronder het gedicht dat, zie artistic crossovers, werd gerealiseerd in cortenstaal en als monumentaal gedicht onthuld werd op 14.03.2021 in Nieuwerkerken, ter herdenking van alle coronaslachtoffers en de heldhaftige hulpverleners.

5. gedicht voor Vrouwendag 2021

​

AMAZONE

 

Gewikkeld in rood, het laken scharlaken van

lichterlaaien ochtendgloor, met wapperend hoofddoek,

draaft zij door straten, over pleinen (klaterend,

kaatsend het kabaal van de echoënde hoeven over

de plaveien) op een ros dat hijgt, jaagt en stormt,

nimmer komt tot stil, de flanken trillend, stomend,

bezweet,

 

zal zij, de amazone, onrust etsen, tatoeëren op de huid

van dorp, stad, land, op de huid van wereld, zal zij

alle rust en roerloos bannen, openbreken alle hunker

en honger naar het onbegane pad, de niet doorzwommen

rivier, naar zuurstof, kolk, stroomversnelling, zal ze landen

op open strand, lichtend van vrijheid en vreugde.

 

In haar kielzog wij, zij en hen en hij, we komen eraan,

de mouwen opgestroopt, in onze vuisten onze vlag,

strak van hoop: wij zijn de toekomst,

 

de toekomst is zij,

de toekomst is hen en hij,

de toekomst zijn wij.

 

 

© Herman Rohaert

4. een 'coronagedicht', ik kon niet achterblijven

 

KWIJT

 

Waar zijn de dagen, de talloze dagen, dagen zonder naam en niet geteld,

dagen waar de wolken overheen gesneld, gedenderd, waar de wolken overheen

gedweild, dagen verdronken in wolk, dagen wolkenloos en strak.

 

Mijn vinger wil ze opnieuw doorbladeren, die dagen, zoals de stapel borden

wanneer de tafel moet gedekt, wil strijken het vallicht over meubel en kast, tekens

aanbrengen in het bedaagde stof, stilleggen de tijd.

 

Waar zijn de dagen, de wolken, het licht, wie heeft ze voor ons verzegeld, voor ons bewaard?

kwijt.pic.jpg

foto Joëlle Jansens

3. Sinds 1 september 2019 geef ik de cursus 'creative writing' aan de stedelijke academie in Genk, momenteel maken 7 gemotiveerde en talentvolle studenten deel uit van mijn schrijfklas. Mocht je interesse hebben en nog willen aansluiten, de cursus gaat door telkens op maandagavond, 1 groep start om 15.30u, een tweede groep start om 18.15u, je bent van harte welkom.

2. Vandaag leuk nieuws! een derde !!! recensie van mijn laatste bundel 'beyond...'

 

Recensie Beyond here lies nothin’ Herman Rohaert 
 

Uitgeverij P, 2019, 64 blz., EUR 17,95 
In de ‘Envoi’, het gedicht waarmee Herman Rohaert zijn bundel ‘Beyond here lies nothin’ opent, wordt subtiel verwezen naar de verdere structuur van het geheel: hij heeft het over ‘de stilte leeg en diep / en ijl de rook’, over ‘Weg noch richting, / in- noch doorzicht’ als aanduidingen van het niets, de leegte die thematisch zal worden uitgewerkt in de erop volgende afdeling, maar ook over ‘Enkel het besef, / enkel dit wat blijft: / beyond here lies nothin’ / nothing but love’: de liefde die in de tweede grote afdeling zal worden aangereikt onder de overkoepelende titel ‘Amore’. Als scharnier tussen beide afdelingen fungeren twee In Memoriamgedichten, resp. gewijd aan Rogi Wieg en Joost Zwagerman. En om het geheel dan gestroomlijnd af te ronden volgt er aan het slot van de bundel nog een ‘Finale’. Een stevig doordachte opbouw dus van een bundel die het in zijn totaliteit misschien wel iets te veel moet hebben van die rationele benadering die een spontane en direct-poëtische zegging voor de voeten loopt. ‘Gebed in niets’: zo luidt de titel van de openingsafdeling. De gedichten  erin ademen een sfeer van verlatenheid, van ‘nothingness’, van oplossen en verdwijnen , ‘het witte vergeten’ (uit het gedicht ‘Nacht en dag’). Op zijn best is Rohaert hier wanneer hij aansluitend aan beeldend materiaal (onder meer ‘The Angel’ van Michaël Borremans, die ook op het omslag van de bundel prijkt), de reis naar het niets evoceert. Ik onthou hier vooral het gedicht ‘Duinkerke’ (bij een foto van Ruben van Eeckhout) : ‘onvolledigheid is norm, tijdelijkheid /.een scheve paal zonder bord, welkom / in nergens’. Het nergens dat ook meespeelt in de twee gedichten uit de scharnierafdeling ‘The end’. Over Rogi Wieg bijv. schrijft hij dat poëzie misschien wel de moedertroost was, ‘maar vooral, er is de moeheid en de moedeloosheid’. Als tegengewicht is er dan de afdeling ‘Amore’. Geen jubelende verzen, maar eerder een pleidooi bij ‘de onverzettelijke schoonheid van langzaam’ (uit ‘Traag’), een voorzichtig aftasten van de herinneringen (onder meer aan een bezoekje aan Amsterdam, ‘niet gebrand waren we op terugkeer’, of een verblijf in Rome, ‘ondertussen schrijf ik met mijn vingertoppen de / geografie van je huid’). Of nog, uit het gedicht ‘Hippodroom’: ‘Bestudeer ik de grammatica van je gebaren, zoek en vind / ik herkenning.’ Die weg naar de herkenning leidt uiteindelijk naar de ‘Finale’, waar Rohaert het heeft over ‘een hersteld landschap. // Zo wij.’ Of: hoe in de allerlaatste verzen van deze bundel het ik uitvloeit in de harmonie van het ‘wij’.   
 
[Jooris van Hulle] 
 

1. Fijn nieuws! al een vierde! recensie van 'beyond here lies nothin''

 

Liefdespoëzie in tijden van nihilisme door Kamiel Choi

 

De bundel Beyond here lies nothin’ van Herman Rohaert is mooi vormgegeven en bevat enkele indrukwekkende kleurenillustraties. Op de kaft is het schilderij The Angel van Michaël Borremans te zien: een androgyne mensenfiguur met een zwartgeschminkt gezicht in een lange roze gordijnachtige jurk. Wat mij verder direct opviel waren de titels van de afdelingen: ‘Envoi’, ‘Gebed in niets’, ‘The end’, ‘Amore’ en ‘Finale’. De liefde is het reddende; de bundel lijkt een poging om het bijtende zuur van het nihilisme te overwinnen door onze herinnering met de gouddraad van de liefde te verweven.

Het motto ‘beyond here lies nothin’ is afkomstig van een liedje van Bob Dylan uit 2009 en bevestigt die raison d’être van deze bundel:

​

beyond here lies nothin’
nothing but love. As long
as you will love me, my
throne the whole world will be.

​

De bundel begint met een nihilistische inslag. Zo wordt er, na enkele expliciete vermeldingen van de leegte en het niets, een paal zonder bord bij Duinkerke beschreven, en een bord zonder opschrift bij Kosovo, geïllustreerd met mooie foto’s van Ruben van Eeckhout. Dit zijn voormalige oorlogsgebieden, plaatsen waar men kan en moet zwijgen:

​

Hier stolt het woord
voor het uitgesproken,
hou je hoop en droom
achter gesloten lippen
voor ze verstarren tot
snijdend kristal.

​

De verstilde plaatsen maken het nihilisme voelbaar, en bereiden op die manier de overwinning ervan – door de liefde – voor.

De liefde wordt vooral geëvoceerd door het nauwkeurige esthetische taalgebruik. Het is de ambitie van deze poëzie dat ieder woord telt, dat een enkel woord een groots innerlijk landschap kan oproepen waarin we de liefde als mogelijkheid kunnen veronderstellen. Rohaerts bedoeling lijkt het om de liefde met louter woorden op te roepen. Hij is zich bewust van de beperking van taal, getuige de afbeelding van een leeggeschreven rood boekje halverwege de bundel en twee waardige in memoriams, voor de overleden dichters Rogi Wieg (1962-2015) en Joost Zwagerman (1963-2015) in een aparte afdeling getiteld ‘The End’ vóór de afdeling ‘Amore’ (wat mij betreft een wat lugubere compositie). De dood is in deze bundel vooral het ‘zwarte gat van het vergeten’, het wegvallen van de uitdrukkingsmogelijkheid van herinnering, van het vermogen inzicht te krijgen in ons herinneringsproces, en het misschien ooit te overwinnen. Dat laatste blijft het privilege van de liefde.

We ontmoeten in dit werk dus een zintuiglijke taal, zich van haar eigen grenzen bewust. Zo is een ‘moment taai maar nog niet vloeibaar’, ‘strijkt [de] laatste zon met lange vingers over de gevels’, is de maan een ‘witte klaproos tegen zwarte nacht’, de nacht een ‘donkere zinkplaat’. In een gedicht vergelijkt de dichter de geliefde met Mona Lisa en zal de glimlach naglinsteren als een ‘slakkenspoor van verbrijzeld diamant’.

Ondanks de sensuele toonzetting maakt deze bundel een programmatische indruk. Esthetische, speelse zintuiglijke beelden worden afgewisseld met cryptische uitlatingen, coderingen van wat er kennelijk gezegd moet worden. Ik betwijfel of dit de bundel sterker maakt. In de laatste afdeling ‘Amore’ wordt de toon soms wat vrijer en vinden we gedichten die we ronduit geil kunnen noemen (de auteur is tevens Germanist, en in het Duits is die term allang niet meer alleen seksueel). Die onbevangenheid kan mooie poëzie opleveren, mits zij halt houdt voordat murwe herhaling en kitsch toeslaat.

Ter illustratie van de poëzie in ‘Amore’ citeer ik het gedicht ‘Ruiter’ in zijn geheel:

​

Ik heb je opgezadeld, tors je, neem
je op mijn buikvel, dans onder de schok-
ken van je gestel, weet enkel nog
nu en jij.

Je rijdt en ik klamp je, je legt me lam, ik
draag je, te graag.

En als ik verstijf in mijn tuig, tril in mijn zweet,
ben ik smacht naar nog spoor en meer kniestoot,
sta ik in mijn adem en verzamel ik hijg.

Alles wijkt tot jij geraakt, hier mijn haver,
geef me je water.

​

In dit erotische gedicht waarin de rol van paard en ruiter steeds wordt gewisseld, is het de taal zelf die zin sticht door het goed gedoseerde binnenrijm en het raadselachtige halfrijm haver – water. Ik vind Rohaert in dat register op zijn sterkst. Zeer abstracte formuleringen, zoals de ‘leegte die alles omvat’ tasten naar mijn mening het imposante bouwsel van sensuele poëzie aan, dat deze bundel in aanleg is.
____

Herman Rohaert (2019). Beyond here lies nothin’. Uitgeverij P, 64 blz. € 17,95. ISBN 29789492339812

​

​

bottom of page